IJzer is een mineraal dat helpt bij het maken van eiwitten en enzymenevenals het verplaatsen van zuurstof door het lichaam. 70 procent wordt gevonden in rode bloedcellen, als onderdeel van hemoglobine, en in myoglobine in spiercellen.
Er zijn twee soorten ijzer:: heem en niet-heem. Heem is gemakkelijker op te nemen, maar komt alleen voor in voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong, zoals vlees en vis. Eieren, peulvruchten, groenten en sommige verrijkte voedingsmiddelen bevatten het niet-heemtype.
De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voor mannen is 8 milligram. De behoefte aan vrouwen varieert afhankelijk van of ze postmenopauzaal (8 mg), premenopauzaal (18 mg) of zwanger (27 mg) zijn. Vegetariërs hebben 1.8 keer meer ijzer nodig, omdat die verkregen uit groenten (non-heem) minder biologisch beschikbaar is dan die verkregen uit dieren (heem).
IJzertekort is wereldwijd het meest voorkomende voedingsprobleem. Het risico is hoger bij kinderen, zwangere vrouwen, menstruerende vrouwen en frequente bloeddonors. De symptomen van bloedarmoede door ijzertekort zijn vermoeidheid, duizeligheid en hoofdpijn.
Een teveel aan dit mineraal is ook schadelijk, hoewel het moeilijk is om deze situatie alleen via voedsel te bereiken. De oorzaak ligt meestal in ijzersupplementen, daarom worden ze niet aanbevolen voor oudere mensen (van wie de ijzerbehoefte lager is) of mensen met erfelijke hemochromatose, een aandoening die ervoor zorgt dat mensen er meer van opnemen.